2020

Na het vuurwerk van de jaarwisseling, dat dit jaar ruim aandacht kreeg en nu in den lande onder vuur ligt, dient het weekend van de 2e zaterdag in het nieuwe jaar zich aan. Weer vuurwerk maar dan op het podium. Het podium van het Brabants Kampioenschap Tonpraoten. De 53e editie en de laatste in de rij van zaal Lavrijssen. Als vanouds verzamelen deelnemers, publiek en organisatie zich rond de klok van 19.00 u. en maken zich op voor een avond waar met spanning naar is uitgekeken. En ook nu weer is de vraag: Wie zal aan het eind van de avond de winnaar van de strijd om de zilveren ton zijn? Titelverdediger Andy Marcelissen, Berry Knapen, of toch 1 van de “outsiders” die in de voorronden hun plaats voor de finale verdienden. Niet te voorspellen dus mede omdat meerdere factoren hierin meespelen waaronder het typetje, de “buut”, de mimiek maar ook de volgorde van optreden. De realiteit is dat dit de taak is van de door de tonpraoters uitgekozen juryleden onder leiding van juryvoorzitter Ad Dams uit Waalre. De loting op 24 november 2019 bepaalde dat titelverdediger Andy Marcelissen in de wedstrijd als eerste de ton in gaat. Aan hem de taak het spits af te bijten. Kortom een prima start voor een prachtig concours. Een sterk deelnemersveld, een volle zaal met enthousiast publiek, een amusementsgroep met leuke sketches afgewisseld met liedjes op bekende oude melodieën. Voor muzikale ondersteuning van de tonpraters op vrijdag en in de zondag-matinee de Striepersgatse Hofkapel. Blaaskapel Valkenswaard neemt die taak op zich op zaterdag- en zondagavond. Dit alles gepresenteerd door Pieter Mikkers en Jan Slenders. Aan het eind van de avond zal Prins van Striepersgat, Prins Joep d’n Urste, de prijsuitreiking verzorgen. Een taak die op zaterdag is weggelegd voor voorzitter van de Striepersgatse Carnavalsfederatie in de persoon van Liesbeth van den Oever. Kortom het belooft weer een grandioos weekend te worden zowel voor de deelnemers als voor publiek en organisatie. Voor de deelnemers bovendien spannend mede omdat niet alleen de 53e titel en wisseltrofee maar ook de 4 publieksprijzen met misschien wel net zoveel waarde te verdienen zijn. Memorabel is ook dat dit het laatste kampioenschap is dat in zaal Lavrijssen georganiseerd wordt. Voor het kampioenschap van 2021 zullen de voorronden (theaterzaal van de Belleman) en de finale een andere locatie hebben (theater de Hofnar), beiden in Valkenswaard. Peter en Rita Lavrijssen worden door de organisatie dan ook bedankt voor de vele jaren van goede samenwerking en hen wordt alle geluk voor de toekomst gewenst.

Striepke Veur is dit jaar de amusementsgroep die de voorstellingen opent en de zaal voor de eerste tonpraoter opwarmt. Een amusementsgroep uit Helmond met een roemrijk verleden. Begonnen in 1983 en na een periode van 2004 tot 2010 waarin wat gas werd teruggenomen zijn ze sinds 2010 weer vol aan de bak. Gestart met carnavaleske nummers en nu met een repertoire met sketches en liedjes op bekende melodieën. In de sketches wordt “zwart gewit” en verteld hoe hard er bij ASML gewerkt wordt waarbij snipperdagen kennelijk op speciale manier aangevraagd moeten worden. Ook de teloorgang van oer-Hollandse tradities ontbreken niet en worden met een knipoog bezongen. Gezelligheid en humor druipen eraf en worden door het publiek met daverend applaus beloond.

 

“Striepke Veur”

 

Na deze start is het de beurt aan de hoofdrolspelers van de avond: de tonpraoters. Het deelnemersveld in deze 53e editie bestaat uit: Andy Marcelissen, Berry Knapen, Tom van Osch, Dirk Kouwenberg, Rob Bouwman, Joep de Wildt, Hans Verbaarschot en Freddy van den Elzen. Aan het eind van de avond is het uiteindelijk Dirk Kouwenberg die de titel van 2020 in de wacht sleept met een puntentotaal van 357. Als tweede, derde en vierde  eindigen achtereenvolgens Joep de Wildt (326), Berry Knapen (292) en Andy Marcelissen (284). De publieksprijzen die in de vier voorstellingen te verdienen waren werden binnengehaald door Dirk Kouwenberg (vrijdag 184), Joep de Wildt (zaterdag 225), Andy Marcelissen (zondag-matinee 131) en Joep de Wildt (zondagavond 182). Tot slot kan vermeld worden dat net als bij het kampioenschap van 2019 gesproken kan worden van een zeer geslaagd concours met tonpraters van hoog niveau waar het publiek weer met volle teugen van heeft kunnen genieten.

 

De prijswinnaars

 

De Finalisten en hun buuts:

Als gezegd bepaalde de loting van 24 november dat Andy Marcelissen het spits moet afbijten en als titelverdediger aan de bak kan. Voor de 14e maal in de finale. Zijn creatie is Bram Fetamine de Wielrenner. Een wielrenner, enigszins op leeftijd en onderhand meer recreatief fietser dan broodrenner. Aangekomen bij de ton parkeert hij zijn aangepaste fiets en hangt hij eerst zijn gereedschap op de juiste plek. Met verheven stem begint hij aan zijn verhaal. De weg naar de zaal was al een lastige. Onderweg meerdere malen de weg moeten vragen wat op zich al een geweldig verhaal is. Thuis zou hem dit niet overkomen zijn omdat zijn “hometrainer” voorzien is van ingebouwde TomTom. Dat hij wielrenner zou worden stond op jonge leeftijd al vast: op de peuterschool had hij immers altijd al een groene trui aan. Op 19-jarige leeftijd was hij al stevig op weg naar de top en benaderde hij zelfs de tijden van Henk Zoetemelk. Veel wedstrijden gereden waaronder de driedaagse van Borkel en Schaft met zijn karakteristieke rondjes om de kerk. Ook de ongemakjes van een renner passeren de revue. Van moeten plassen en poepen als je in de koers zit. Zijn geheel eigen manier van probleemaanpak (omdat hij natuurlijk niet achterlijk is) wordt op smakelijke wijze door Bram verteld. Eén keer heeft hij een koers gewonnen maar de laatste jaren eindigt hij steevast achteraan. Da’s wat handiger als je de dopingcontrole wilt ontwijken. Kortom een heerlijk buut die Andy aan het eind van de wedstrijdavond een vierde plaats op het podium opleverde.

 

Andy Marcelissen “Bram Fetamine”

 

De tweede in de ton is in deze editie Berry Knapen. Evenals Andy begint hij ook aan zijn 14e finale. Zijn creatie draagt de titel Rinus d’n Dakdekker. In vol ornaat en met de bouwvakkers koelbox komt hij vertellen hoe hij het vak ingerold is en wat voor werk hij met zijn bedrijf aanpakt terwijl zijn vrouw ondertussen als aannemer haar tijd volmaakt. De meest uiteenlopende klussen pakt hij aan waaronder ook internationale zoals de dak-reparatie van de Nôtre-Dame. Alle typen daken zijn hem overigens bekend: van plat dak, zadeldak tot Duits hellend dak met een hellingsgraad van 40 tot 45. Garantie is wat lastiger want dan is hij op vakantie. Vijf man personeel Antoine, Rodney, De Lip, De Schèle en de Bult. Geweldig personeel, ieder wel met zijn eigen trekjes. Met dat personeel besluit Rinus dit jaar dan ook om met het jaarlijkse personeelsuitje wat anders te doen dan te BBQ-en of maar een bietje te zuipen. Iets nieuws en bovendien lekker buiten: een dagje golfen. Een clubje dakdekkers op de golfbaan. In eerste instantie wat schuchter wordt vanuit de bus de golfbaan verkend. Een wat vreemde omgeving met mensen in geruite broeken en die waarschijnlijk zoals scherp wordt opgemerkt (geen trekhaak te bekennen) ook niet werken. Daar moesten ze toch wel even aan moesten wennen maar wat dat betreft helpt het kantelen van een biertje of twintig toch wel. Een verhaal dat gaat van omgekeerde wandelstok naar handicap tot hole-in-one. Prachtige grappen en tekst waar hij het publiek als vanouds mee weet te boeien. Het resultaat is uiteindelijk dan ook een zeer verdienstelijke derde prijs.

 

Berry Knapen “Rinus d’n Dakdekker”

 

Als derde in de wedstrijd betreedt de eerste van drie finaledebutanten van de avond de ton: Tom van Osch. Na een aantal jaren in Budel lokaal met toneel en cabaret bezig te zijn geweest is hij in 2017 voor het eerst in de ton geklommen. Voor de eerste maal ingeschreven voor de voorronden en direct de finale gehaald, een prestatie op zich. Zijn creatie is “Boer zoekt vrouw”. Willem de Bil is als vrijgezelle boer op zoek naar een vrouw omdat zijn vader vindt dat het er tijd voor wordt dat hij aan de vrouw komt. Na het bezoek van Yvonne Jaspers ontvangt hij drie aanhangwagens post zowel voor hem zelf als voor zijn vader die hem steunt. Post van dames met foto’s zelfs van tractoren. Post zelfs van bekende Nederlanders maar dat zit hij om duidelijke redenen niet zitten. Hij is namelijk gehecht aan zijn zwartbonte koeien. Ook het berichtje van een “bioliegische” boerin staat hem niet aan omdat het dan vast veel schoeffelen maar niet spuiten wordt. Goede raad vraagt hij aan zijn vader als het zover is dat dames moeten komen logeren. Vragen stel je immers om van te leren. Dus gauw op de fiets boodschappen doen om de dames iets te drinken aan te kunnen bieden. Helaas loopt dit uit op een kater. Daarna blijkt bij aankomst het eerste kusje van een van de dames een goede waarschuwing te zijn. Uiteindelijk blijven twee dames overnachten. Zij belanden in bed bij Willem en ….. opa die wel heel erg koude voeten heeft. Aangekomen op de slaapkamer, zo vertelde Wil, bleek de zaal waar hij met zijn trompetje moest spelen groter te zijn dan hij verwachtte. Dat slapen hem beter af gaat wordt duidelijk uit zijn relaas dat er een tied van komen en een tied van gaan is. Na alle perikelen keert de rust  op de boerderij weer terug daarmee is Wil eigenlijk ook wel tevreden. Een geslaagd debuut dat hem met een puntentotaal van 201 de 8e plaats oplevert.

 

Tom van Osch “Boer zoekt vrouw”

 

Als vierde is het de beurt aan Dirk Kouwenberg. Voor Dirk is het zijn 6e deelname aan het tournooi en het is voor de 5e maal dat hij de finale bereikt heeft. Hij komt in de creatie van Roodkapje. Met een verrassend begin waarin hij wordt aangekondigd als jongeman die bezig is met zijn vrijgezellen-feest gooit hij de zaal direct plat. Noodgedwongen is hij zijn door zijn maten  ofwel “binnenkort zeer vage kennissen” meegenomen naar het Brabants Kampioenschap om in de ton met een verhaal van 15 minuten zijn laatste opdracht te vervullen. En daar ontvouwt zich een boeiend verhaal over een geweldige dag waarvan hij alle gebeurtenissen/opdrachten met het publiek doorneemt. Van begin tot eind. Het begin op het station in Oss, een overval op een ijscokar met een raketje, een toertocht op een bierfiets, een bezoek in Amsterdam aan de PC-Hooftstraat en de Wallen en ter afsluiting een etentje bij het van der Valkrestaurant in Eindhoven. Teveel om op te noemen. Gaande de buut steeds het publiek keurig informerend over de restduur van zijn verhaal zodat hij ook niet langer in de ton hoeft te staan dan dat zijn opdracht is. Werkelijk een optreden dat de iedere tonpraatliefhebber gezien moet hebben. Een buut ook die door de jury enorm gewaardeerd werd en Dirk aan het eind van de avond voor het eerst in zijn carrière de titel Brabants Kampioen oplevert.

 

Dirk Kouwenberg “Roodkapje”

 

De eerste na de pauze is de tweede debutant in het concours. Zijn naam is Rob Bouwman, komt uit Helmond en speelt het typetje d’n Crimineel die de naam Ken de Bukker draagt. Ken, onschuldig broccoli-kweker komt met z’n buurman in een lastig parket als de uitleg over de kwekerij op zolder en het daardoor niet besneeuwde dak door oom agent verkeerd wordt ingeschat. Een zitting bij Mr. F. Visser in den Bosch komen Ken en zijn buurman Kuub door meerdere misverstanden op een werkstraf van zes maanden te staan. En dat is tegen het zere been: een Helmonder geef je geen werkstraf. Dat staat zowat gelijk aan de doodstraf. Met enig tact krijgen ze het voor elkaar dat de straf wordt omgezet in een celstraf van elf jaar. De aankomst in de gevangenis, het imponeren van medegevangenen waarbij de directeur als eerste een vuistslag incasseert, de erop volgende isolatiecel waar Kuub in Kupke veranderde, de ontsnapping en nog veel meer dat voorbij komt wordt in geuren en kleuren en met het bekende Helmondse accent gebracht. Tot slot de grote verdwijntruc waarmee de crimineel zich uit de voeten maakt. Een mooie buut die Rob in zijn eerste finale met 206 punten een 7e plaats oplevert.

 

Rob Bouwman “D’n Crimineel”

 

De derde debutant in het concours is Joep de Wildt uit Oudenbosch. Hij komt in de creatie van “Kleinzoon van zijn lieve opa”. Nooit direct met je beste grap beginnen was het advies van zijn opa die in het verleden ook een goede tonprater was aldus de kleinzoon. Hij vertelt over zijn ongelukkige jeugd omdat hij er als kind niet echt bij hoorde. Zijn thuis werd daarom verruild voor het wonen bij opa en oma. De belevenissen en ervaringen  van die tijd bezorgen het publiek behoorlijke lachstuipen. Lekker gedoucht, in een schone pyama op de bank met ringetjes en staafjes Nibits. Oma die op zaterdagavond de hele avond naar the Bold en Beautyfull met Broek en Rits kijkt. Zó herkenbaar voor het publiek dat het min of meer mee teruggenomen wordt naar de eigen jeugd. Het opgroeien, de eerste kennismaking met de liefde en de Wehkampgids en de wens om een meisje te hebben is voor velen een reis terug in de tijd.  Het reizen met de trein met opa en het ervaren van vertraging is een meesterlijk stukje. Beweging en mimiek die Joep ten toon spreidt zijn fantastisch en ook de raadseltjes en gedichtjes worden met een enthousiasme en uitstraling gebracht die aanstekelijk werken op de lachspieren. Daarbij ook nog eens een prettige, heldere stem om naar te luisteren. Tot slot het afscheid van opa die onder de tonen van Bonnie Tyler aan zijn laatste reis begon want ja, dat is nou eenmaal zo. Een superdebuut met een grandioze buut waarmee Joep beslag wist te leggen op de verdiende tweede plaats.

 

Joep de Wildt “Kleinzoon van mijn lieve opa”

 

De zevende tonprater die eveneens als debutant in de finale het podium betreedt is Hans Verbaarschot. Hij heeft al meerdere malen aan de voorronden meegedaan en is dit jaar eindelijk tot de finale doorgedrongen. Zijn creatie is “Hansje staat er weer alleen voor”. Hansje is jaren gelukkig getrouwd geweest en in zijn beleving is als donderslag bij heldere hemel zijn vrouw vertrokken. Hij vertelt over zijn tijd samen met haar en hoe zij met elkaar lief en leed deelden. Zij waren het ook altijd roerend met elkaar eens en Hansje deed het maximale wat voor een man in het huishouden te bereiken was: tijdig je benen optillen als er gestofzuigd wordt. Een buut met herkenbare situaties tussen man en vrouw op beeldende wijze verteld. Zoals de voorspelbare nachtelijke uitstap van zijn vrouw met grappen over: zachtjes het licht aan doen, de keel schrapen, de teen stoten, de gang naar het toilet, het vacuüm, het afrollen van het toiletpapier, het trillen van de afvoeren en bij terugkomst Hansje die zijn bed uit gelanceerd wordt. Zo beeldend verteld dat je het simpelweg voor je ziet. Maar ach het liep dus mis en is ze vertrokken. Met haar ook de kaboutertjes en dat maakt het voor Hansje naast dat hij haar mist er niet makkelijker op. Nu is hij aangewezen op zichzelf en ja, zoals een goed man betaamt levert het zuiver houden van het huis links en rechts wel wat probleempjes op. Een prima buut waarmee Hans de vijfde plaats behaalde.

 

Hans Verbaarschot “Hansje staat er weer alleen voor”

 

De achtste en laatste tonprater die aan voor de finale is geselecteerd is Freddy van den Elzen in de creatie van “De Skoolmister”. Meester Ab Buis die er inmiddels al veertig jaar heeft opzitten komt vertellen over de kinderen in zijn klas. Gelukkig is het nu weekend en heeft hij even rust. Het aantal dagen en uren die hij werkt heeft hij, zij het met wat moeite omdat rekenen niet zijn sterkste kant is, keurig aan het publiek voorgerekend. Dan vertelt hij wat hij met die “kkk….. kinderen” meemaakt en het is goed aan hem te zien dat hij zich over hen wat druk kan maken. Eenvoudige vragen worden door de kinderen vaak van antwoorden voorzien die niet helemaal stroken met de antwoorden die Meester Ab verwacht. Zijn mening is dan ook dat wat wel eens gezegd wordt: het is een roeping niet helemaal klopt. Vroeger was het allemaal wat simpeler. Met een krijtje of een borstel kon je de klas wel onder controle houden maar met de ipads van nu lukt dat niet goed omdat de kinderen die ook niet meer terugbrengen. Of leuke dingen doen met de kinderen zoals een opstel laten maken van 24 pagina’s schrijven dat dan twee dagen later ingeleverd moest worden. Toch heeft deze tijd ook wel voordelen volgens meester Ab: een les voorbereiden is niet meer nodig want de ouders komen je te hulp bij het lezen van de les. Met een enorme mimiek weet Freddy dit typetje neer te zetten. Prachtig om dat te zien. Vooral als hij tegen het einde van zijn verhaal over zijn hobby vertelt: in het weekend er lekker op uit trekken met zijn grote Amerikaan om in België zijn “tank vol te blubberen” en dan heerlijk over de kinderkopjes te scheuren. Een prachtige buut waarmee Freddy ditmaal op de zesde plaats eindigde.

 

Freddy van den Elzen “De Skoolmister”