2024
Vrijdagavond 12 januari 2024: De avond van de 56e editie van het Brabants Kampioenschap Tonpraoten. Een evenement waar door menigeen reikhalzend naar wordt uitgekeken. De organisatie heeft ook ditmaal haar best gedaan alles van openingsnummer tot en met afsluiting zo goed mogelijk voor te bereiden. Een totaalprogramma waarbij muzikale begeleiding op de wedstrijdavond en zondag door de Striepersgatse Hofkapel wordt verzorgd. Op zaterdag is die taak aan Blaaskapel Valkenswaard. Opluistering aan het begin door diverse Prinsen en Raden van Elf. Presentatie van de voorstellingen is in handen van Stichtingsvoorzitter Pieter Mikkers en voor de uitreiking van de prijzen en wisseltrofee de Zilveren ton is op de wedstrijdavond de Striepersgatse Carnavalsprins “Tiny d’n Urste” uitgenodigd. Helaas heeft hij zich vanwege privé-omstandigheden moeten laten verontschuldigden en is zijn taak opgevangen door Vorst William. Als vanouds betreft het hoofdprogramma natuurlijk de acht “Brabantse toppers” die aantreden om het publiek een humoristische avond te bezorgen. Een avond toch zeker ook met wat gezonde spanning aangezien de 56e titel op het spel staat. De vorige editie met acht geselecteerde kanshebbers, dit jaar een zevental dat met de titelverdediger de strijd aangaat. Een strijd die zich voor de derde keer afspeelt in theater de Hofnar. Jurering is in handen van door de tonpraoters zelf aangestelde juryleden onder voorzitterschap van Dhr. Ad Dams uit Waalre. En voor de afsluiting is zanger Melvin van Dalen uit den Bosch op herhaling. Een kampioenschap dat mogelijk is dankzij medewerking van vele partijen. Vooraf spreekt de voorzitter dan ook vast een woord van dank uit naar alle betrokkenen, waaronder sponsoren, adverteerders, media en uiteraard ook de medewerkers van de Hofnar en Stichting Tonpraotersconcours Valkenswaard en vooral niet te vergeten: een fantastisch publiek.
|
De winnaar Erik Mulder en Vorst William van Striepersgat
|
Als openingsnummer: het ‘Van Binsbergen Trio’ uit Nuenen. Een amusementsgroep bestaande uit vier oud ‘langstudeerders’ uit Groningen”. Met bekende, makkelijk toegankelijke en heerlijke songs wordt het publiek actief vermaakt en meegenomen. Het publiek zingt en beweegt in ‘no-time’ mee en warmt zich zelf daarmee lekker op. Een act waar je zeker ‘geen spijt van krijgt’ maar dat wel meezingt. Een humorvolle versie van: ‘Non je ne regrette rien’ met o.a. mayonaise en portemonnee als ingrediënten. Kortom een actieve verfrissende opening die ook nog eens ludiek katholiek wordt afgesloten met een “Halléluja-medley”. Gezegd mag worden dat het Trio daarmee de weg meer dan geplaveid heeft voor de acht Brabantse toppers die daarna aantreden.
|
van Binsbergen Trio
|
De loting van zondag 28 november had bepaald dat titelverdediger Hans Keeris de eerste is die de ton in mag. Hij doet dit in de creatie van Lauw Winters. Lauw van origine een kerel uit het noorden van het land getuige ook zijn uitdossing. Met een nette lang warme bontjas. Hij komt vertellen over de steeds warmere winters hoewel toevallig afgelopen week juist koud was. Maar dat waren dan ook twee mooie dagen! Hij is samen met zijn vrouw Trui van de Broek en hij vertelt hoe zij elkaar op het ijs hebben gevonden. Thuis is het overigens wel koud wat dan ook de reden is dat in de bench een pinguin huist. En ook Trui heeft iets met kou dat al sinds de middelbare school bekend is. Echter sinds de opwarming is het meer klunen geworden. Na een verkeerde afslag zijn ze op Ameland beland en daar een duurzame camping begonnen: een “nudisten” camping/BB op een oude kippenboerderij. De grappen die vervolgens in het verhaal opgelepeld worden zijn weer als vanouds origineel: Een meega-stal, Oma die sprietst en lekt, de gezelligheid met Xybille (k zie bille), de vliegen, de laagvlieger, een snotje ophalen en tot slot de frietenman. Grappen die het publiek enorm kan waarderen. In de wedstrijd op vrijdag heeft Hans helaas geen podiumplaats behaald maar op zondag was zijn verhaal de buut die door het publiek met 125 stemmen als beste werd gewaardeerd.
|
Lauw Winters (Hans Keeris)
|
Na Hans Keeris is het de beurt aan Tom van Osch om als tweede de ton in te stappen. In vol ornaat met een dik warm pak komt hij de ervaringen van de skileraar vertellen. Skileraar Anton, neef van Anton aus Tirol en allebei kleinzonen van Heinrich. Opa, een echte Duitser voorzien van een Duits helmpje, kuilen gravend op de piste en met een oerdegelijke Hollandse fiets in de schuur. Vervolgens vertelt Anton hoe hij ertoe gekomen is skileraar te worden. Hij wilde eigenlijk als strandwacht aan de gang maar kwam op het strand zijn Ina tegen. Toen was de keuze voor hem simpel. Dus op naar de ski “Hogeschool” in Oostenrijk. Daarna volgen de ervaringen en belevenissen elkaar in rap tempo op. Zijn medestudenten zoals Heino, pizzapunten, ongelukken, het verloren raken van een groepje Friezen, wijsneuzen van Hollandse kinderen uit Huizen, dames van de lusthuisjes uit Amsterdam en nog veel meer. Ook vrouw Ina die met een wel heel erg stevig snowboard een wat ongelukkige landing in het dal maakte moet het ontgelden. Een heerlijk verhaal dat Tom de 2e plaats opleverde.
|
De Skileraar (Tom van Osch)
|
Toon? Toon? Toon? Dat is waar Annie, de creatie van Hans Verbaarschot uit Budel die als 2e de ton ingaat, naar op zoek is. Annie komt vertellen over Toon met wie ze het prima naar haar zin heeft hoewel …. dat ene probleempje … . Toon lust nogal graag een biertje en dat leidt tot flink wat onthullingen die het voor publiek herkenbaar zijn en de zaal flink aan het lachen brengt. Een kerel die geregeld niet thuis is, en als hij thuis komt genoeg gedronken heeft, een behoorlijk buikje heeft, onfris ruikt en in bed behoorlijk irritant gedrag kan vertonen. Vandaar de stellige overtuiging vooral niet wakker te zijn en toe te geven al kost dat koude voeten op het toilet. Van geprik in haar rug tot en met niet toch maar niet meegebrachte bloemen: een charmeur op en top maar die door Annie toch maar eens naar de AA gestuurd wordt. Een “anonieme” club waar iedereen Toon kent en andersom. Veel leuke vertellingen gesmeed tot een geweldige buut en bovendien op een zeer beeldende manier ten tonele gebracht. Aan het eind van de wedstrijd avond blijkt hem dit dan ook met 271 punten de 4e plaats op te leveren.
|
Annie (Hans Verbaarschot)
|
De vierde tonpraoter die aantreedt is Willem Rongen uit Maashees. Hij neemt voor de tweede keer deel aan het kampioenschap en werd in de voorronden door de vakjury als zesde geselecteerd. Hij staat in de ton in de creatie van Woeste Willem de Zeeman. Een relatief jonge zeeman maar met toch heel wat ervaringen zowel op zee als op de kade die hij nu komt openbaren. Hij vertelt over zijn jeugd met zijn vader, moeder en opa op de woonboot. Hij mist nog altijd zijn opa die na een poging de boot te onderkelderen naar de haaien was gegaan. Troostend detail: opa is uitgestrooid in de Zeeman op zijn favoriete afdeling. Op zijn 18e werd Willem door vader naar zee gestuurd. Hij wilde eigenlijk bij de luchtmacht maar vanwege de drank werd afgekeurd. Met zijn vader is hij vervolgens op een zuipschuit gaan varen die door het land drank vervoerde: Bavariaboot ‘de Batavia’. Ook zijn maten Sjaak en Tjeu passeren in zijn verhaal de revue en waar de één een haak aan de arm heeft is de ander eigenaar van een blind oog en een houten poot. Pijnlijke zaken worden daarbij niet geschuwd. Al met al een levensverhaal gebracht op een passend woeste manier zoals zijn creatie naam ook al doet vermoeden. Boeien is daarin zijn credo en dan ook regelmatig te horen. Een verdienstelijke buut van deze finaledebutant maar waarmee Willem zoals een piraat misschien betaamt geen podiumplaats wist te ‘veroveren’.
|
Woeste Willem de Zeeman (Willem Rongen)
|
De vijfde (eerste na de pauze) die de ton ingaat is Rob Bouwman. Hij komt als taxichauffeur in zijn Duitse wagen. Niet zo’n dikke bekende maar een iets of wat ouder oostelijk Duits voertuig gaat: een onvervalste Trabant type 125E-entd. Een taxi, samen met zijn vrouw gepimpt en dus, met comfort en sfeer aan boord: een snijplank, een vetput en zelfs een vögelkeskooi met Deuf. In ‘helder’ Helmonds neemt hij het publiek mee in zijn verhaal. In eerste instantie om de ‘vermogende’ familie Klokgieters af te leveren op Airport Eindhoven maar helaas was dat niet een, twee, drie geregeld. De familie wonend in het Haagje, het belastingparadijs ofwel taxfree-zone van Helmond, moest wel eerst nog even wachten totdat broer Toon de Trabant wat had aangepast zodat ook iedereen van de familie kon instappen. Als in Eindhoven blijkt dat het vliegtuig al vertrokken is, is het dan ook logisch dat Robke de familie naar eindbestemming Porto vervoert. De verhalen over die reis grenzen aan het ongelofelijke. Van erecode van chauffeurs tot verbouwingen onderweg die nodig zijn om ook lifters een plaatsje te geven: het is één prachtig en geweldig verzonnen verhaal. Een verhaal dat de jury aan het eind van de avond beloonde met een dik verdiende derde plaats.
|
Robke d’n Taxichauffeur (Rob Bouwman)
|
Erik Mulder, de zesde van de avond, staat na een tijdje afwezigheid voor de zesde maal in de finale. Zijn creatie is “de Kiloknaller”. De kiloknaller doet zijn best de kilootjes eraf te knallen en komt zijn ervaringen hiermee uit de doeken doen. Niet eten is niet zijn sterkste kant. Toch is het echt nodig en hij wordt dan ook door zijn vrouw vriendelijk verzocht er iets aan te doen. Alles wat er in dat traject voorbij komt wordt in geuren en kleuren uit de doeken gedaan. Van de sportschool tot en met de diëtiste, de dokter, en de psycholoog. Leuke verhalen over de apparaten in de sportschool en dan vooral de snoepautomaat. Ook heel slimme manieren om af te vallen zoals de vijf, tien, vijfentwintig methode die het publiek werkelijk laten schuddebuiken. En dan de verschillende soorten voedsel zoals: kikkererwten en andere groene smurrie. En vervolgens: niet die maar wel heel de week serieus andere groete: uien. Met "bijgoed" als wat mayo en frikandellen smaken die echt wel prima. Een prima buut en op fantastische manier gebracht waarbij het zweetbandje op het hoofd werkelijk een hilarische rol vervult. Met deze buut weet Erik zich aan het eind van de avond door de jury gewaardeerd. Hij sleept de eerste plaats binnen en is de kampioen van de 56e editie. Proficiat!
|
De Kiloknaller (Erik Mulder)
|
De zevende finalist die de ton betreedt is Rien van Genugten uit St. Oedenrode. Zijn creatie is de “de Vakantiehater”. Net terug van een weekendje in een BB komt hij vertellen over zijn vakantie-ervaringen met zijn vrouw. Als bij zovelen is het bekend dat moeders de vrouw een belangrijke stem heeft in de frequentie (liefst vier keer per jaar) en de locatiekeuze van de vakanties. Een wereldreis? Daar heeft hij toch echt geen zin in en is hem toch echt te ver. Om te kunnen kamperen zijn ze samen bij de boer geweest voor een caravan wat hij eigenlijk niet trekt. Het blijkt een KIP-caravan met hanen een houten ruit en slecht één wiel. Maar ja, wat maakt dat uit? Een paard heeft immers ook geen wielen en daar kun je toch ook mee rijden aldus de boer. De caravan werd verstandig genoeg toch maar niet gekocht. Uiteindelijk met een vouwwagen en zijn vrouw achter stuur op weg naar een camping in Zuid-Frankrijk. Alles behalve de maximum snelheid werd aangetikt. Iets dat bovendien een aanrijding opleverde omdat een Belg op snelheid de vouwwagen binnenreed. Eenmaal in het zuiden blijken de campings overvol maar toch wordt nog een plekkie gevonden aangezien een Belg had afgebeld vanwege een aanrijding met een of ander traag rijdend sloom wijf. Op de camping ook Duitsers en kleine kinderen waarover in geuren en kleuren gegrapt wordt. Terug in Nederland komt nog een andere vakantie met vrouw en schoonmoeder voorbij. Op de camping in Bergeijk: reden om een nacht met de hond in de voortent door te brengen. En wat dan voorbij komt … Ouderwets kolderieke verhalen verteld in Rien ’s eigen rustige stijl met mooie woordspelingen. Een stijlvolle buut die Rien helaas geen plek bij de bovenste vier bezorgde.
|
De Vakantiehater (Rien van Genugten)
|
Als laatste tonpraoter en tweede finaledebutant van de avond verschijnt Paul van der Heijden uit Gemonde in de ton. In zijn creatie Leo Vis ofwel Elvis komt hij over zijn jeugd, zijn oversteek naar Amerika en andere ervaringen aldaar vertellen. Met een onvervalst accent en in niet minder onvervalst gebroken Engels komen de verhalen naar buiten. De thuissituatie: een klein onderkomen zo klein dat zelf Freddy de hond zich met kwispelen moest aanpassen. Zijn uiterlijk deed hem vermoeden dat hij geadopteerd was maar daarover was zijn vader helder: ‘Nee jongen, dat is een productiefoutje’ en bovendien: ‘dan had ik wel iets anders uitgekozen’. Ook het bekende Elvis kapsel: “kepsel” komt ter sprake. Net als het kapsel van een ‘nice lady’ die in zijn ogen een ‘skôn haircut’ droeg. Zijn eerste song was overigens zelf geschreven omdat er geen typemachine aan te pas kwam. Zijn eerste hit brengt hij ook ten gehore: ‘Rijden, Rijden, Rijden in een wagentje’ een liedje dat hij indertijd schreef voor een bekende Noord-Hollandse zanger. Verderop in zijn verhaal komt Priscilla, zijn vrouw, ook nog ter sprake: een slank ding met een figuurtje als een ‘paling met schouders’ en die graag een ‘bird’ wilde. Maar ja, als je dat niet goed verstaat…. Tot slot brengt hij als een soort van een litanie diverse aaneengeregen bekende Elvis songtitels. Een knap stuk tekst waarbij het publiek nog even goed moet luisteren om eruit te halen wat erin zit. Alles bij elkaar een meer dan verdienstelijke buut waarmee hij op vrijdag geen podiumplaats bereikte maar een dag later op zaterdag met 119 stemmen de publieksprijs wist te veroveren.
|
Leo Vis (Paul van der Heijden)
|
Afsluitend artiest van de jubileumeditie 55 herhaling. Melvin van Dalen uit den Bosch trakteerde het publiek op liedjes als ‘Viva Cervesa’, ‘Jouw liefste wens’ en jawel ook... ‘ De Engelbewaarder’.
|
Melvin van Dalen
|
De prijswinnaars
Juryprijzen: 1. Erik Mulder 2. Tom van Osch 3. Rob Bouwman 4. Hans Verbaarschot
Publieksprijzen: Vrijdag: Erik Mulder (181 stemmen) Zaterdag: Paul van der Heijden (115 stemmen) Zondag: Hans Keeris (119 stemmen)
|